WOZ-beschikking

WOZ staat voor wet Waardering Onroerende Zaken. De gemeente stelt elk jaar de WOZ-waarde van woningen en niet-woningen vast. Dit wordt bekendgemaakt op de aanslag gemeentelijke belastingen. De officiële bekendmaking van deze WOZ-waarde heet WOZ-beschikking.

Stijgende WOZ-waarden? Lager belastingtarief

De gemeente heeft geen belang bij een hoge of lage WOZ-waarde. De waarde mag er namelijk niet voor zorgen dat we meer belastinginkomsten hebben dan op de begroting staat. Stijgen de WOZ-waarden door hogere verkoopprijzen? Dan moet het belastingtarief omlaag. Anders wordt er teveel belasting geheven. Voor woningen is het tarief van de onroerendezaakbelasting (OZB) voor 2024 verlaagd van 0,0727% naar 0,0712%.

Bent u eigenaar van een woning of bent u eigenaar en/of gebruiker van een niet-woning zoals bijvoorbeeld een bedrijfsruimte, kantoor of winkel? Dan krijgt u een WOZ-beschikking.

Voor het einde van februari verstuurt de gemeente het overgrote deel van de WOZ-beschikkingen. Wanneer u op dat moment nog geen WOZ-beschikking heeft ontvangen, dan krijgt u die zo snel mogelijk.

In februari geen beschikking ontvangen?

Dan ontvangt u deze in de loop van het jaar.

Uw WOZ-beschikking staat op de aanslag. Een kopie van de aanslag vindt u in de Digitale Belastingbalie. In de Digitale Belastingbalie vindt u onder ‘Mijn documenten’ ook het WOZ-taxatieverslag.  U logt in met DigiD. Bedrijven loggen in met e-Herkenning. Heeft u als eigenaar en gebruiker van een bedrijfspand geen e-Herkenning? Vraag uw beschikking of taxatieverslag dan aan via info@pijnacker-nootdorp.nl.

De WOZ-waarde van woningen is openbaar. Wilt u weten wat de WOZ-waarde is van uw woning? Of van een andere woning? Zoek dan de WOZ-waarde op via de website wozwaardeloket.nl.

De WOZ-waarde van niet-woningen is niet openbaar. U kunt deze WOZ-waarden dus niet opvragen.

Heeft u niet eerder een aanslag met daarop een WOZ-beschikking ontvangen? En moet u over de WOZ-waarde wel belasting betalen? Of heeft u een ander belang? Dan kunt u de gemeente vragen om een WOZ-beschikking. Dit is het geval als:

  • u mede-eigenaar bent en de andere eigenaar aan het begin van het jaar de oorspronkelijke WOZ-beschikking en OZB-aanslag heeft ontvangen;
  • u na 1 januari eigenaar of gebruiker bent geworden van een woning of niet-woning. Degene die op 1 januari van het belastingjaar eigenaar was, heeft dan de oorspronkelijke WOZ-beschikking gekregen;
  • u erfgenaam bent;
  • u huurder bent van een sociale huurwoning. De WOZ-waarde heeft invloed op de maximale huurprijs van een sociale huurwoning. Meer informatie over de invloed van de WOZ-waarde op de huurprijs vindt u op de  website van de Rijksoverheid.

Wilt u een WOZ-beschikking aanvragen dan kan dat via het online formulier.

De gemeente bepaalt ieder jaar de WOZ-waarde van woningen of niet-woning op basis van hun waarde rond de waardepeildatum. De waardepeildatum ligt altijd één jaar voor het belastingjaar. Voor de WOZ-waarde die u in 2024 ontvangt, geldt dan de waardepeildatum 1 januari 2023.

Waardepeildatum

1 januari 2023 (waardepeildatum): om de marktwaarde te bepalen beoordelen we alle gerealiseerde transacties vanaf één jaar vóór tot en met en een half jaar na de waardepeildatum. We kijken eerst of een transactie bruikbaar is. Dan controleren en beoordelen we alle kenmerken.

Toestandspeildatum

1 januari 2024 (toestandspeildatum): om de WOZ-waarde te bepalen houden we rekening met de staat en de kenmerken van de woning op 1 januari 2024. In veel gevallen is dit gelijk aan de waardepeildatum. Maar als u een nieuwbouwwoning heeft gekocht of er was sprake van een verbouwing, dan moeten we kijken naar de staat van de woning bij het begin van het belastingjaar. Dit heet de toestandspeildatum. 

De WOZ-waarde van woningen wordt vastgesteld via een modelmatige waardebepaling. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de vergelijkingsmethode. Zowel verkoopcijfers als de kenmerken van een woning spelen daarbij een rol.

De WOZ-waarde is vaak gelijk aan de marktwaarde, maar er wordt rekening gehouden met enkele waarderingsvoorschriften.

Voor niet-woningen worden andere taxatiemethodieken gebruikt. Dit gebeurt omdat niet-woningen anders worden gebruikt en anders van grootte zijn. Ook zijn er andere vormen van gegevens beschikbaar, zoals huurprijzen. De WOZ-waarde van niet-woningen is gebaseerd op de uiteindelijke marktwaarde of op de vervangingswaarde.

Voor woningen in aanbouw wordt de WOZ-waarde bepaald op basis van de grondwaarde en de stichtingskosten van de woning aan het begin van het belastingjaar. Daarbij wordt gekeken naar het percentage van de bouw dat op dat moment is voltooid.

Ja. De waarde wordt vastgesteld naar de staat waarin het object zich bevindt op 1 januari van het (belasting)jaar waarop de WOZ-beschikking betrekking heeft. Op deze manier worden verbouwingen en andere aanpassingen meegenomen in de WOZ-waarde.

Zijn er wijzigingen aan de woning of niet-woning opgetreden tussen de waardepeildatum en het begin van het kalenderjaar waarvoor de waarde geldt? Bijvoorbeeld door bouw, verbouwing, afbraak, vernietiging of bestemmingswijziging? Dan wordt het object gewaardeerd alsof het op de waardepeildatum al in die staat was.

Voor het kalenderjaar 2024 geldt dus dat de waarde van de woning – in de staat waarin deze zich bij het begin van 2024 bevond – wordt bepaald op de waarde die de woning op de 1 januari 2023 geacht werd te hebben.

Ook voor een woning in aanbouw moet de gemeente een WOZ-waarde vaststellen. De gemeente dient bij woningen in aanbouw uit te gaan van de grondwaarde en de bouwkosten die gemaakt zijn en dus niet van verkoopprijzen van in aanbouw zijnde woningen. Voor de bouwkosten wordt gekeken naar de totale bouwkosten van de woning. Deze totale bouwkosten worden vermenigvuldigd met een voortgangspercentage van de bouw. Voor belastingjaar 2024 is de voortgang van de bouw op 1 januari 2024 bepalend. Bijvoorbeeld: is de woning op 1 januari 2024 voor 40% gebouwd? Dan wordt de waarde berekend door de grondwaarde op te tellen bij 40% van de totale bouwkosten.

De gemeente is verplicht gegevens vast te leggen over de gebruikssituatie van alle niet-woningen. De gegevens worden gebruikt om te bepalen aan wie de aanslagen OZB en rioolheffing moet worden opgelegd. 

Als u een aanslag ontvangt voor het gebruik van een bedrijfspand, maar u bent geen gebruiker meer, stuur dan een kopie van uw huuropzegging en Kamer van Koophandel uittreksel naar info@pijnacker-nootdorp.nl.

Als u eigenaar bent van een niet-woning en het pand wordt of werd door iemand anders gebruikt, gebruik dan het online formulier met DigiD om wijzigingen door te geven.